Talent

Talenten. Als er iets is waar anders mee omgegaan wordt in Amerika dan in Vlaanderen, dan zou ik zeggen: talenten. In Vlaanderen is ergens goed in zijn, iets dat je vooral niet te hard mag roepen. Stel je voor dat je zegt extreem goed te kunnen… voetballen/organiseren/koken/noem-maar-op. Dat kan toch helemaal niet? Tssss…Kan het bovenste knopje van je hemd nog dicht?

Zelfs op mijn cv, die er toch op gesteld is talenten ietwat te etaleren, is het allemaal tussen de lijnen door te lezen. Ik heb dit en dat gestudeerd, en ik heb zus en zo gedaan – dus je begrijpt nu toch zeker zonder dat ik het moet zeggen dat ik daar geen totale mislukkeling in ben?

 

In Amerika pakken ze dat anders aan. Als je ergens ook maar een béétje goed in bent, dan mag dat geweten zijn. Sterker nog, dan worden de superlatieven al snel boven gehaald. Amazing, wonderful, incredible, en ja hoor, ik zeg het over mezelf. Laat er in Amerika geen twijfel over bestaan:  WE ROCK!

 

De Amerikaanse aanpak is misschien wel wat extreem, van mij hoeven we onze talenten nog niet op t-shirts te drukken, en op je arm te tatoeëren, maar eerlijk zeggen waar je goed in bent, dat vind ik wel helemaal OK. In tegenstelling tot wijsheid, die mij duidelijk aan het overslaan is, komt dat soort kennis wel met de jaren. Ik wéét dat er een aantal dingen zijn waar ik goed in ben. Zijn er mensen beter? Ongetwijfeld. Véél mensen. Maar kan ik een moeilijk onderwerp eenvoudig aanbrengen? Kan ik meerdere projecten tegelijk aan? Kan ik op een meeslepende manier voorlezen? Heb ik, ondanks mijn totale a-muzikaliteit, wat ik zou omschrijven als een absoluut gehoor voor taal? Yes. All of the above.

 

De keerzijde is natuurlijk dat je ook beseft waar je NIET goed in bent (en de lijst is laaaaaang). Een kleine greep uit het aanbod: Ik kan niet zingen. Ik kan niet ja-knikken als ik ‘neen’ denk. Ik kan geen grote verhalen schrijven. Ik kan niet schilderen.

 

…Hoewel… een klein tafereeltje schetsen, niet met de grote borstel, maar met een klein penseeltje van taal – dat kan ik ook. Maar als het over de big stuff gaat, dan lijkt het plots niet meer te lukken. Ik vind de woorden niet, of liever, de woorden vinden mij niet meer. Mijn letters lijken niet te vatten wat ik voel. Het blijven gewoon letters, letterlijk, ze ademen niet wat ik over wil brengen.

 

Zo zit ik al een maand te kauwen op wat me nu elke dag blijft verbazen. En het lukt me niet, niet zoals ik het wil. Ik draai de woorden om en om, ik probeer ze te kneden, ik krijg het niet geschreven. Hoe hij eerst zijn angst overwon die hem meteen deed bukken en naar ons deed kruipen als we op een afstandje stonden. Hoe hij één voetje zette, nog eentje en zich dan naar ons toe liet vallen – van ondereeeeeeen! En hoe hij toen opeens, plots, bijna uit het niets, maar ook weer uit het alles van daarvoor, vijf stapjes zette, zes, tien, de keuken door. Zijn gezichtje, hoe hij straalde, hij wist perfect wat een mijlpaal hij hier verplaatste. Hij stapt, hij stapt, hij loopt, binnen de week crosste hij het appartement door, bochtjes pakken, dingen van de grond oprapen, zelfs al eens tegen een balletje schoppen, opeens leek de dam opengebarsten en al die nieuwe skills kwamen in één keer met een rotvaart mee.

 

Als de woorden je tekort schieten, kan je er altijd gaan lenen, gelukkig.

 

One small step for mankind, one giant leap for our kind little man.

 

Proficiat schatje.

 

5 gedachtes over “Talent

  1. Pingback: Vrienden en courgettebrood – Boston, baby!

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s