OK kalender. OK. Jij zegt dat het zowat eind september is. Jij zegt dat de zomer voorbij is, de herfst gaat regeren. Jij zegt dat ik vijf weken geleden terugkeerde naar mijn werk, naar mijn Belgisch leven, en dat dat tijd genoeg is om te wennen. OK, dat laatste heb je niet gezegd, niet letterlijk. Maar je lijkt het te suggereren, met je strakke datumlijntjes en je ingekleurde weekenddagen. Tijd genoeg, alles weer bij het oude.
Wel, ik kan je vertellen dat dat niet het geval is.
Ik kan je vertellen dat ik geprobeerd heb me erop voor te bereiden. Dat ik wel dacht dat het moeite zou kosten, om na een jaar terug te keren. Dat ik me schrap heb gezet.
Maar het mocht niet baten. Er zijn vijf weken voorbij en het voelde alsof we meegesleept werden in een tsunami. Een tsunami van gewone dingen.
‘Gewone dingen’ – zoals gaan werken. Zoals je kindje naar de crèche brengen. Zoals ’s avonds eten maken, je huis opruimen, je papier sorteren, familie en vrienden bezoeken. Het kost zoveel energie, om al die balletjes in de lucht te krijgen. Kleine overwinningen zijn eigenlijk zo klein dat het bijna belachelijk wordt: ‘liefste dagboek, vandaag is het eindelijk gelukt om met z’n drietjes op een redelijk uur gewassen en aangekleed op onze bestemmingen te raken (ik was wel mijn sleutels en mijn lunch vergeten maar ssssjjjt). ‘Liefste dagboek, vandaag heeft ventje voor het eerst niet geweend toen ik hem afzette aan de crèche, en ik dus ook niet’. ‘Deze week hebben we 1/5de van de hopen kleren in de kast kunnen leggen.’ ‘De elektriciteit en het gas staan eindelijk opnieuw op onze naam’. En ga zo maar door, het blijft ook maar doorgaan. Een tsunami van gewone dingen.
Dus ja hoor, ik ben blij dat we terug zijn. En ja hoor, ik mis Boston. De eerste weken hadden we het gevoel dat we elk moment konden terugkeren, dat we maar even op bezoek waren in België. Maar we wisten dat het voor een jaartje was, en het was een heerlijk jaartje. Ik las in een artikel dat de ‘omgekeerde cultuurshock’ bij terugkeer na een verblijf in het buitenland het ergste is. Zo erg is dat ook weer niet, maar nu probeer ik opnieuw in die plaats te passen die ik achtergelaten hebt. En het past niet helemaal meer, lijkt het. Nochtans, ik ben gewoon mezelf gebleven, niet dan?
En toch voelt het alsof je een sok binnenstebuiten aan hebt – Dat gaat wel, maar het schuurt zo met momenten.
Weggaan verandert je, misschien nog meer onbewust dan bewust. Het is pas als je terug in het oude plaatje probeert te passen dat je merkt hoe je kijk op dingen veranderd is, omdat er plots een contrast is met diegenen die gebleven zijn. Ik ga er optimistisch geweg van uit dat het schurende gevoel een teken van groei is, een extra motivatie om die dingen aan te pakken die het meest “schuren”. Ik hoop dat het schuren intussen al wat afgezwakt is, al heb ik geen idee of het nog helemaal weg kan gaan.
LikeGeliked door 1 persoon
het is zeker minder! Ik denk dat ik het gewoon ook wat te optimistisch inzag…
LikeLike