Manlief en ik kennen elkaar straks een half leven. Op die tijd leer je de gewoontes van die andere familie kennen, net als de anekdotes en verhalen. Zo weet ik dat er aan zijn oma geen grote reiziger verloren is gegaan. Zodra iedereen in de auto zat om op vakantie te vertrekken, zuchtte ze naar verluid: ik zal blij zijn als we weer thuis zijn.
Daar moest ik aan denken toen we bij ons huisje in Centerparcs aankwamen, en onze krullenbol meteen protesteerde dat hij naar ONS huisje wilde, ons huisje met Scotty en Janie. Pas nadat ik uitgebreid had gerust gesteld dat er goed op onze katjes zou gelet worden die vier dagen, ging zijn storm een beetje liggen.
Onze mini-vakantie kon beginnen.
Natuurlijk werkt het kennen van elkaars familie in twee richtingen. Zo weet mijn halve trouwboek heel goed dat mijn lieve groottante, waar ik al eerder over schreef, elk jaar in juni een maand naar zee ging. 45 jaar lang naar hetzelfde appartement in De Haan.
De verhuis daarheen was legendarisch. Zij nam namelijk ALLES mee. Niet alleen zowat elk kledingstuk dat ze bezat (wat betrekkelijk meeviel), handdoeken en breiwerk, maar ook al haar kookgerei, potten en pannen incluis, want ja ‘in zo’n huurappartement hebben ze toch geen goed materiaal’.
Ook maakte zij tijdens die zomermaand confituur, tenminste ‘als de aardbeien bij prijs waren’. Bijgevolg werden er ook pakweg 100 glazen potten en een berg ‘pec’ mee ingepakt. Over het algemeen volstonden twee grote wagens nét om haar met haar inboedel naar zee te verkassen op 1 juni.
Deze herinnering deed ons allebei glimlachen, toen we eindelijk klaar waren om te vertrekken naar De Vossemeren. Vier dagen zouden we weg zijn, met genoeg bagage voor een jaar (nu ja, toen we terug kwamen uit Boston was het andere koek). De héle wagen zat vol, deels omdat we voldoende kleren moesten meenemen – het was 12°C toen we vertrokken maar er werd sneeuw voorspeld in het weekend – maar ook omdat die wagen een soort vrijheid gaf die leidde tot conversaties als volgt:
– ‘Wat denk je, gaan we croque monsieur eten?’
– ‘Bwa ja, da’s wel handig en lekker he’.
– ‘Okee, ik pak onze panini-grill in’.
– ‘Zal ik die eitjes ook nog meenemen?’
– ‘Geen probleem, ik neem de grote frigobox wel.’
Krullenbol zat extra veilig in zijn kinderstoel – alle kussens van het hele gezin waren namelijk naast hem op de achterbank gestouwd. Airbag avant la lettre!
– ‘En wij maar lachen met tante Nelly! We zijn geen haar beter!’
– ‘Toch wel, wij hebben geen confituurpotten bij!’
Zo zie je maar, je dénkt dat je met drie op vakantie vertrekt, maar eigenlijk reist de hele familie mee.

Maar géén confituurpotten!
Die confituurpotten ontbraken waarschijnlijk omdat jullie vooraf reeds wisten dat de aardbeien op dit moment niet echt “bij prijs zijn”.
LikeLike
Uiteraaaaaard! 🙂
LikeLike
Volgens mij zijn vorige week nochtans de eerste Belgische aardbeien geveild. Confituurpotten waren misschien toch nuttig geweest 😉
LikeLike
Haha, nog even op de abrikozen en rabarber wachten 🙂
LikeLike
Haha! Heerlijk! Onze eerste trip naar zee met Felix was onze auto ook zo vol. Nu net tripje twee achter de rug. Een vliegreis met enkel handbagage. We gaan erop vooruit!
LikeGeliked door 1 persoon
amai ik heb goed gelachen 🙂 die familieherinneringen zijn om in te kaderen ❤
LikeGeliked door 1 persoon
Wij zijn ooit naar Wales geweest (met twee) met een auto vol voor vier, je kent dat wel.
Helaas moesten we onze wagen (juist dezelfde zoals op je foto) perte totale achterlaten na een ongeval. En dan met de trein naar huis, inclusief een stuk metro in Londen in het spitsuur, MET de volledige inhoud van de wagen.
En toch heb ik maar de laatste jaren geleerd om ‘licht’ te reizen.
Mooi beeldend beschreven.
LikeLike
😂😂😂 heerlijk
LikeLike
hihi, met de auto zijn is inderdaad een uitnodiging om paar extraatjes mee te nemen. Altijd handig om het bij te hebben voor het geval dat….
LikeLike